Bram en de situationisten
From The Art and Popular Culture Encyclopedia
Related e |
Featured: |
"Bram en de situationisten" (2014) is a text by Jan-Willem Geerinck first performed at Welvaert Welton on July 20, 2014.
Full text
Stel: u bent een wilde wandelaar.
U wandelt door Antwerpen van het Noorden naar het Zuiden, van het Oosten naar het Westen, van links naar rechts, van onder, naar boven, de stad doorkruisend als een psychogeograaf.
U dwaalt voetpaden af, u volgt kleine zeldzame stadse olifantenpaadjes.
En als u een straat ziet die een schijnbeweging lijkt te maken, u op het verkeerde been lijkt te willen zetten, u op een dwaalspoor wil brengen, dan neemt u die straat, want het doel van het wilde wandelen is het verdwalen, zich te verliezen in een stad zoals deze.
Verloren lopen in steden.
Stel, u maakt de zoveelste doorkruising van ZUID NAAR NOORD; dit keer volgt u de rivier de Schelde. U leest heel aandachtig het gedicht dat op de kaaimuren staat die de oevers van Antwerpen indijken tegen het wassende water van onze waterader. U leest tegen de leesrichting in, u denkt hier moet ik nog eens terugkomen want u leest het omgekeerd.
En u loopt ook even terug maar niet de hele drie kilometer, gewoon genoeg om te herlezen .
U herleest:
Ik betaal graag verstaangeld
Aan de bank van lening
Bij de inlossing van het verlangen
Naar het grote wonder,
Daar aan het eind,
de zee.
U loopt verder, u schuimt de kaaimuren af, op zoek naar alledaagse verwarring.
U wil verzeilen in situaties, u houdt van situaties, u noemt zichzelf een situationist. U bent op de drift van situatie naar situatie.
En dan – dan – komt u aan bij dit diepe dok, le petit bassin, het kleine bassin, dat Napoleon ooit groef (niet met zijn eigen handen).
Het is nog niet te laat, u kan nog naar huis om tegen de muren op te lopen.
Maar als u blijft, vertel ik u hoe u stadsdelen kan gebruiken waarvoor ze niet gemaakt zijn.
Ode aan de koningen van het oneigenlijke gebruik.
Ode aan de koningen van het detourneren.
Ode aan de drifters.
Ode aan de spektakelmaatschappij.
Ode aan de dérive.
Ode aan de bricolage.
Laat u geen zand in de ogen strooien.
Maar niet hier. Hier kan u gewoon zijn. Hier hoeft u niet te kopen. Hier kan u offeren.
Kijk eens rond u, een industriële kraan, grote blauwe kraan 9, grote Moeder Kraan.
En daartussen: tomaten, spinazie, pompoenen, zonnebloemen, venkel, tijm en klimop.
Niet indommelen!
Omarm de traagheid van dit platform, deze kraan en ponton. Dit KRONTON.
Luister hoe de planten groeien.
Ik kan dat horen. JULLIE kunnen dat horen.
Hier, enkele meters onder mij, heb ik de raketstoof leren kennen. HEEL WARM! Hier heb ik biogasinstallaties zien draaien. Vorige week sprong ik HIER in het water voor de BIG JUMP. HIER was ik priester in de kunsttempel en bracht ik offers aan de godin van de inspiratie. HIER zag ik het gelaat van volwassenen veranderen in verraste kindergezichten HIER heb ik pintjes gedronken in de serre. HIER heb ik pintjes gedronken op het terras, kranten gelezen en HEN aan het werk gezien, een en al bedrijvigheid om van dit kale stuk staal een stadsjungle te maken. HIER heb ik genoten van de zonsondergang (de mooiste van de hele stad). HIER heb ik Bar Paniek zien opengaan en HIER heb ik sardienen gegeten.
DAAR, achter jullie, het MAS! Lekker recht. Met veel licht en glas. Clean beton, staal en glas. En oker, toegegeven.
Hier het kronton, bric a brac, een feest van hoeken en kanten, met poorten van het Okapi paviljoen van de ZOO en serres die een tweede leven hebben gekregen. Alles waggelt en wiebelt en zigzagt en vloeit ER zoals de natuur. Niks rechte lijnen. Er zijn geen rechte lijnen in de natuur. Niet in de heuvels, niet bij de bomen. Kijk hoe de wind het gras beroert. Kijk naar rivieren. Kijk naar de wolken. Alles wiebelt. Alles beweegt. Waarom moet dat allemaal gladgestreken worden? Laat de plooien toch gewoon de plooien.
Kijk eens achter mij. Een verademing. Een rustpunt. Scharrelende kippen. Gonzende bijenkorven. Klaterende waterzuiveringen.
Je voelt hier de verhalen van imkers over hun bijen nog hangen, de geur van het eten van Buddha Jesus is nooit ver weg en je ziet het enthousiasme en de liefde voor de tweede kans, het hergebruik, de recuperatie.
Is dit de plaats van een revolutie?
Misschien niet.
Maar vrijplaatsen zoals deze, utopieën die de stad verrijken zoals een oase een woestijn, zoals een driesterrenmenu een uitgehongerde, zoals een glas water een dorstige, zoals groene longen te midden van een door uitlaatgassen vergeven stad.
Het is voer voor de ziel, manna uit de hemel, nectar van de goden.
Ik heb met m’n eigen ogen dit ponton aan de andere kant van het Napoleondok weten liggen, jarenlang, als een stuk vergane glorie van industriële archeologie.
Hier, waar ik nu sta, had het evengoed een gewone plas water kunnen zijn. Het grote niets.
Maar nu is er dit.
Dit kleine mirakel.
Is dit de plaats dan van een nieuwe religie, dan?
Misschien!
Laten ons het hopen!
Laat ons het zien!
Breng vandaag nog een offer in de kunsttempel; breng hulde aan de goden die inspireren, die ons verse gedachten inblazen.
Want dit is misschien geen revolutie (en misschien niet eens een nieuwe religie) maar alles – alles -wat ons dichter bij elkaar kan brengen, alles wat onze samenhorigheid kan versteken, alles wat ons doet beseffen dat we met z’n allen meer zijn dan elk van ons alleen, dat er zoveel is tussen hemel en aarde, dat alles is een offer waard.
Bent u bereid een offer te brengen?
See also