Herinneringen van een leraar  

From The Art and Popular Culture Encyclopedia

Jump to: navigation, search

Related e

Wikipedia
Wiktionary
Shop


Featured:

Tweedelen

Mijn verlangen om te tweedelen.

Opdeling, tweedeling. Om te komen tot een boomstructuur. Als men al het zijnde in twee wil delen, als het ware elk zijnde in een mand wil stoppen, men heeft maar twee manden, maar wel hele grote, wat zou dan een wenselijke tweedeling van het zijnde kunnen zijn?

En horen het ingebeelde en verzinsels ook tot het zijnde? Eenhoorns, behoren die tot het zijnde?

Hier moeten we onmiddellijk denken aan Borges en de zeer geestige onderverdeling van de dieren in een van zijn verhalen. De classificatie is als volgt: a) degene die toebehoren aan de keizer, b) gebalsemde, c) getemde, d) speenvarkens, e) zeemeerminnen, f) fabeldieren, g) zwerfhonden, h) degene die in deze classificatie zijn opgenomen, i) degene die tekeergaan als dwazen, j) ontelbare, k) degene die getekend zijn met een heel fijn kameelharen penseel, l) et cetera, m) degene die net een vaas hebben gebroken, n) degene die in de verte op vliegen lijken.

Vooral de categorie van ‘zij die getekend zijn met een kameelharen penseel’ doen mij steeds weer lachen.

Nee, laat ons er maar van uitgaan dat alleen wat werkelijk is, wat men in de wereld kan tegenkomen, tot het zijnde behoort. Hoe laat de wereld zich tweedelen?

In het levende en het niet-levende. Het zou incorrect zijn om hier gewag te maken van ‘het dode’ omdat het dan zou lijken of die dode dingen ooit leefden. Beter ware het te spreken van het organische en het anorganische.

Goed, in de ene mand de levende en in de andere mand de doden dingen. Ik ga mijn living rond en stop in de eerste mand alle mensen, huisdieren en kamerplanten. In de andere al de rest. De bedbeestjes reken ik voor het gemak niet mee.

Daarna gaan we verder tweedelen.

Fauna en flora.

Eierleggenden en levendbarenden. Zoogdieren. Eierleggende zoogdieren (ja, die zijn er). Mensen.

--JWG, geschreven mei 2022

Update 30/10/2022:

Ik deed dat tweedeling spel weer. Dat raadsel. Als je al het bestaande zou willen opdelen in twee categorieën, waar alles in zit, hoe begin je dan? En waar ik eigenlijk naartoe wil, is naar levend en niet levend om dan te kunnen vertrekken naar fauna en flora. Maar toen zij iemand dat je al het bestaande zou kunnen onderverdelen in het bestaande en het niet-bestaande. Op zich wel grappig, dat het niet-bestaande een sub-categorie is van het bestaande. Maar niet als je het anders verdeelt. Een tweedeling van het werkelijke (aanraakbaar, materieel) en het imaginaire, het ingebeelde. Bij dat ingebeelde zet je rood, liefde, God en draken. En in het aanraakbare, materiële: banken, bedden, blaasbalgen en ballen. Toevallig beginnen die allemaal met een ‘b’. Het plezier van God binnen die ingebeelde categorie te zetten is natuurlijk groot. Vooral als je de oefening doet met een religieus publiek. Je kan God toch moeilijk bij de materiële, aanraakbare dingen zetten?

Ik ben erg gelovig, op het goedgelovige af

In 2013 schreef ik:

Als ik het verhaal van de kastratie van Uranus vertel, steekt een jongen zijn hand op en vraagt: 'Meneer, zijn er mensen die dat echt geloven?' 'Natuurlijk,' antwoord ik, 'ik ook,' 'maar', voeg ik eraan toe 'ik ben dan ook heel gelovig, ik geloof in alle goden: de Griekse, de Romeinse (dat zijn eigenlijk dezelfde), de Boeddhistische goden en Hindoeïstische en in onze God de Vader. Zoals ik al zei, ik ben erg gelovig. Op het goedgelovige af.'

Vandaag 20/10/22 vroeg ik aan de klas: 'wie gelooft er maar aan één enkele god?' Vingers omhoog. 'Atheïsten' zeg ik, jullie geloven maar aan een God, ik geloof in hen allemaal. Ik ben geloviger.

See also




This page Herinneringen van een leraar, is © Jan-Willem Geerinck and may only be cited as per the fair use doctrine.
Personal tools